woensdag 1 november 2017

'Robotisering – Vriend of vijand?'

[tekst ook als pdf te downloaden]  

Onder deze titel organiseert de VHV - Vrienden van de Historie van de Vakbeweging - op 3 november 2017 een bijeenkomst
In de toelichting lees ik: "…..nemen we u mee in ons gezamenlijk vakbondsverleden en de gevolgen van robotisering op werknemers."

Robotisering interesseert me. Ik was in FNV-verband zelf in 2016 bij de meningsvorming over dit onderwerp betrokken. De historische component interesseert me - zo mogelijk - nog meer. Niet omdat kennis van de geschiedenis toekomstzekerheden oplevert - de misser van Marx en vele anderen. Evenmin omdat de geschiedenis kant-en-klare recepten voor effectief (vakbonds)handelen genereert. Maar wél omdat historisch inzicht een onmisbare 'zaklamp' is voor een vakbeweging die zijn weg naar de toekomst, vol onzekerheden, zoekt.

Opvallend is de 'historische' invulling van het programma van de VHV-bijeenkomst: verder terug dan de jaren 80 van de vorige eeuw lijken we niet te zullen gaan. Terwijl dat vanuit (vakbonds)historisch perspectief juist erg nuttig zou zijn.

Goed, zaklamp aan dus.







Regelmatig wordt de positieve of negatieve impact van technologische vernieuwing direct toegeschreven aan die technologie zelf: robotisering als 'oorzaak van'. De titel van de VHV-bijeenkomst provoceert dan ook om juist hier eens goed naar te kijken.

            
Vernieling van een weefmachine in 1812 (Wikipedia)
 'Robotisering – Vriend of vijand?
Je kunt ook zeggen: 'robot, vriend of vijand?' En dat klinkt ergens heel bekend. In  de 19de eeuw deed de door stoom aangedreven machine zijn intrede in de Europese samenlevingen. Het oude ambachtelijke werk verdween. Mensen uit stad en platteland werden - soms met harde hand - de fabrieken ingedreven. Afijn, tegenwoordig weet iedereen wel ongeveer welk slavenbestaan daar op hen wachtte.

De allereerste verzetsdaden in die tijd waren een antwoord op de vraag 'Machine - Vriend of vijand'.
Meer dan eens was het antwoord van de arbeiders: de machine, dát is de vijand. 
En dus werden machines gesaboteerd of stukgeslagen. Die sabotage kreeg middels de Luddieten soms een min of meer gestructureerd karakter, vooral in het Engeland van begin 19de eeuw. 
De latere vakbeweging koos - zij het vaak aarzelend - grosso modo voor een andere benadering. Zie Harmsen, even verderop in dit stuk. En dat was allemaal vér voor 1980!  Overigens wordt de vakbeweging nog regelmatig verweten een 'moderne vorm van Luddisme' te verkondigen. Onder andere in van Wezemael, "Vakbonden en innovatie van ondernemingen" - Gent 2006-2007, blz. 5 en volgende 

De lessen van het Luddisme en de door Harmsen en Reinalda geformuleerde aandachtspunten zijn ook voor de robotdiscussie van groot belang. Maar ze lijken vergeten, althans ik kom ze in artikelen, stukken, nota's en rapporten nauwelijks tegen. Ook niet op discussiebijeenkomsten trouwens.
Mijn stelling: de vraag óf robotisering vriend of vijand zal blijken te zijn, is vooral afhankelijk van de krachts- en machtsverhoudingen binnen onze samenleving. Iets korter door de bocht: door de machts- en krachtsbalans tussen kapitaal - in zijn specifieke 21ste eeuwse verschijningsvorm -  en arbeid - ook in zijn 21e eeuwse gedaante. De vakbeweging is - ik zou haast zeggen: als geen ander -  geroepen die balans  wezenlijk en fundamenteel richting 'de factor arbeid' te bewegen.

Dit is anno 2017 zo mogelijk nog relevanter dan tijdens eerdere technologische revoluties. Die eerdere revoluties leidden namelijk tot een enorme verhoging van productie en productiviteit, en daarmee - uiteindelijk - maatschappelijke welvaart. Maar er zijn economen, waaronder Nobelprijswinnaar Stiglitz, die 'kostenbesparing' en winstmaximalisatie als primair doel en effect van de huidige technologische revolutie zien. 
Een in dit opzicht behoorlijk degelijke analyse trof ik aan in de publicatie van de CNV-Bedrijvenbond  'Race tegen de Robot?' (onder andere hoofdstuk 2) (november 2015).

Ger Harmsen en Bob Reinalda  in 1975…

Bob Reinalda en wijlen Ger Harmsen, die samen het onvolprezen 'Voor de bevrijding van de Arbeid' schreven, analyseerden de opmars van technologie als volgt: 
"Dit brengt ons op een zeer fundamenteel probleem, namelijk de relatie tussen de mens en de door hem ontwikkelde techniek. In theorie staat het de mensheid vrij wel of geen gebruik te maken van de mogelijkheden die wetenschap en technologie bieden. Of dit in de praktijk ook werkelijk het geval is, hangt af van de maatschappij waarin we ons bevinden. In een maatschappij als de onze worden wij nog steeds beheerst door de wetten van de kapitalistiese (sic, JV) ekonomie: de jacht naar winst, de omzetting van winst in nieuw kapitaal…Dat is nog altijd een blind mechanisme. Hoezeer de overheid tracht regelend en sturend in de werking van dit mechanisme in te grijpen…"

(Harmsen/Reinalda - "Voor de bevrijding van de arbeid" - Nijmegen 1975, blz. 365, ook in andere opzichten nog steeds zeer lezenswaard!).

Natuurlijk, bovenstaand citaat is typisch gestaald jaren '70 jargon. Dat neemt niet weg dat de auteurs hier een punt opvoeren, dat óók uitgangspunt van de vakbeweging was. Het gaat niet om de machine of de robot an sich, , maar om de vraag wie de zeggenschap over de technologie en de inzet daarvan hebben.
Dat bepaalt ook het antwoord op de vraag: wie eigenen zich de voordelen en vruchten van technologische innovatie toe? En dat heeft dan weer alles te maken met het 'type' samenleving waarin technologische ontwikkelingen plaatsvinden: de maatschappelijke en economische machts- en krachtsverhoudingen.
Harmsen en Reinalda schetsen ook de - toen al - beperkte sturingsmogelijkheden van de overheid. Die zijn er sinds de neoliberale 'omwenteling' van eind jaren '80 (deregulering, marktwerking, de verschuivende zeggenschap naar 'Brussel') niet ruimer op geworden.

Helaas lijken we in de FNV - nota bene sinds de jaren '80 (die blijven maar terugkomen in dit verhaal…) aan een vorm van collectief geheugenverlies en aan analytische armoede te lijden. Het hoe en waarom daarvan, daarover heb ik zo mijn ideeën, maar dat is nu even niet aan de orde.
Zoals gezegd: ik was in 2016 betrokken bij de meningsvorming binnen de FNV. En werd ook daar geconfronteerd met deze vorm van 'geheugenverlies'. Dat kaart je dan dus aan. Onder andere in een kritische notitie 'Robotisering en Vakbeweging' - diverse versies tussen maart en december 2016. In licht herwerkte versie online gezet.
Op
vallend weinig weerklank. Sterker: geen of nauwelijks enige reactie. Het voeren van een stevig, maar respectvol debat lijkt anno 2017 (te) bedreigend, cq 'not done' ???
Terwijl een dergelijk debat, hand in hand met een gedegen feiten- en trendanalyse, het fundament zou moeten opleveren van menings- en beleidsvorming.  

Afijn, ik heb inmiddels gezien dat 'machts- en krachtsverhoudingen' toch zo af en toe in (interne) FNV-documenten opduiken, dus er is hoop.
Desondanks geldt (ook voor dit onderwerp): vakbeweging, wake up!
Maak die analyse, voer dat debat, en gebruik die zaklamp van de geschiedenis!